De Churchill Mark V is uitgerust met een Brits houwitser kanon de Ordnance QF 95 mm Howitzer, welke ook op de
Britse Centaur tank gebruikt werd. Het werd gebruikt voor ondersteuning van de infanterie, voor indirecte
beschietingen van objecten zoals gebouwen en mitrailleur nesten. Deze tank komt voort uit de Churchill Mk. III
en Mk. IV, de koepel van deze tanks was helaas niet geschikt voor het bevestigen van een houwitser kanon. Dit
had te maken met de ontbrekende ruimte in de koepel voor het contragewicht en de beperkte hoek waaronder het
kanon gericht kon worden. Voor de Mark V werd een nieuwe koepel in gebruik genomen om het 95 mm houwitser kanon
te kunnen plaatsen. In april 1943 werd hij geleverd aan de Britse troepen die zich aan het voorbereiden zijn op
D-Day.
In de praktijk blijkt hij volgens experts weinig effectief te zijn i.v.m. zijn beperkt bereik, ondanks zijn High
Explosive granaten.
Er wed ook wel beweerd dat hij eigenlijk alleen geschikt was voor het afvuren van rook granaten. Ondanks zijn
niet succesvolle reputatie heeft de Mark V tot 1950 dienst gedaan bij het Britse leger.
De Churchill tanks in het algemeen:
De Churchill, Mk IV tank uitgerust met een 6 pounder kanon werd ingezet ter ondersteuning van de infanterie,
vandaar de benaming infanterie tank. De benaming die het Britse leger gaf aan de tank is: Tank, Infantry, Mk. IV
(A22). De IV is de meest geproduceerde uitvoering van de Churchill tanks en is gelijkend aan de Mk. III. Het
grote verschil is dat de koepel van de Mk. IV van gietijzer is en eenvoudigweg goedkoper in de productie was,
dan de gelaste koepel van de Mk. III. De Mk. IV is de opvolger van de Mk. III en zo begint de serie van
Churchill tanks bij de Mk. I en stopt bij de Mk. VIII. Daarnaast zijn er nog tal van varianten gebouwd, o.a. de
Churchill AVRE.
De Churchill Mk. I en Mk. II, waren eigenlijk te licht bewapend en bepantserd, de komst van de Cromwell tank
betekende bijna het einde van de Churchill tanks. Echter, de Mk. III kreeg aanzienlijke verbeteringen mee, de
bepantsering van het chassis en de koepel werd sterk verbeterd en er werd een zwaarder kanon, de 6 pounder
geplaatst. De Mk. III werd vanaf maart 1942 geleverd deed o.a. dienst in Noord-Afrika. De toren c.q.
geschutskoepel bleek nogal kostbaar in de productie, er kwam zodoende een goedkopere geschutskoepel gemaakt van
gietijzer voor de tank en deze kreeg de aanduiding Mk. IV mee.
De Britten hadden acht basis modellen van de Churchill tank, daarnaast zijn er op basis van de verschillende
basis modellen nog tal van varianten gebouwd:
- De uitvoeringen van de Churchill tank -
Type:
Beschrijving:
Mk. I
2 pounder kanon en een 2 inch houwitser, met gietijzeren koepel.
Mk. II
Gelijk aan Mk. I, alleen een Machine Gun i.p.v. een houwitser.
Mk. III,
6 pounder kanon en een Machine Gun, met gelaste koepel.
Mk. IV
Gelijk aan Mk. III, met een goedkopere gietijzeren koepel.
Mk. V
Gelijk aan de Mk. III/IV, nu met een 95 mm houwitser.
Mk. VI
Ordnance QF 75 mm kanon (75mm Mk.V kanon) en andere kleine verbeteringen.
Mk. VII
Ordnance QF 75 mm kanon (75mm Mk.V kanon), breder chassis en zwaardere bepantsering.
Had de bijnaam 'Heavy Churchill'.
Mk. VIII
Gelijk aan de Mk. VII, nu met een 95 mm houwitser.
Foto2.1 t/m 2.3 Deze Churchill Mk. V is te zien in het Liberty Park in Overloon. Hier
zijn twee musea opgenomen, het Oorlog en Verzetsmuseum en het Marshall Museum, deze Churchill Mk. V staat in het
Oorlog en Verzetsmuseum.
Deze Britse tank heeft meegedaan in de Slag om Overloon, waarbij de tank op in een mijnenveld op een mijn reed,
waardoor de bodem werd ingedrukt en de tank is uitgebrand. Twee bemanningsleden in de koepel, R. Silman en
G. Wright vonden daarbij de dood.
De bestuurder van de tank, Bob Dare raakte lichtgewond en wist net op tijd de twee andere zwaar gewonde
bemanningsleden uit de tank te halen, de frontschutter J.Dare en de commandant J.Garner. De tank bestuurder, Bob
Dare, is na de oorlog nog regelmatig in dit museum geweest om zijn gesneuvelde kameraden te herdenken. In januari
2007 overleed hij op 82-jarige leeftijd.
De tank heeft dienst gedaan bij het 6th Guards Tank Brigade, onderdeel van het 11th Armoured Division. Het was
daar ingedeeld bij het HQ-peloton van het 2de eskader van het 1st bataljon Coldstream Guards. Tezamen met een
exemplaar dat op een Brits militair oefen terrein staat, zijn dit de enige Churchill Mk. V houwitser tanks die
er nog zijn.
- Vehicle Markings -
Marker:
Omschrijving:
Vehicle name:
Jackal, bijnaam van de tank. Veelal verwijst de eerste letter naar
het squadron waarin de tank is ingedeeld. Alle tanks in 'J' squadron hebben een bijnaam die met de letter J begint.
Division sign:
Schild (wit met rode band) is het embleem van @@@@
Unit Serial & Arms of Service:
Vierkant (groen-wit) is de "Arms of Service"staat voor een@@@@.
153 (wit) is het "Unit Serial" en xxx in Witte band geeft aan dat het voertuig
is ingedeeld bij het Regimental Headquarters en het Headquarter Squadron
Tactical sign:
Rechthoek (wit), geeft de plaats binnen het regiment aan.
Wit = verwijst naar het @@@@de regiment van een Armoured Division, het @@@ Regiment.
Rechthoek = staat voor '@@@' Squadron, een regiment is opgebouwd meerdere squadrons A, B en C.
Troop number:
Ontbreekt, bijvoorbeeld het cijfer 2 (wit): 2nd troop (eskader) van
het '@@@' squadron.
WD Registration:
Ontbreekt, bijvoorbeeld T12345, ook wel Census number genoemd. Dit is
een uniek voertuignummer uitgegeven door het Britse War Department. Het nummer is voor logistieke zaken te
vergemakkelijken o.a. bij onderhoud in het veld. (T = categorie tank)
In july 1944, na de Geallieerde landing tijdens D-Day komt de divisie aan in Normandië. De divisie doet mee aan
de gevechten tegen de Duitsers in een poging een doorbraak uit Normandië te forceren nabij Caen.
Immers sinds D-Day 6 juni 1944 waren de Geallieerden er nog niet echt in geslaagd terrein winst te maken in
Normandië.
Daarbij staat steeds weer de tactiek van de Britten ter discussie, niet zo zeer hun inzet maar meer hun strategie.
Daarvoor moest eerst Caen ingenomen worden en dat vroeg van de Britten een zware tol, zowel in mensen levens als
in materiaal. Bij Operatie Epsom, ten westen van Caen moest naar een doorbraak door de Duitse linie de Britten
na succesvolle Duitse tegen aanval het met veel moeite veroverde grond weer opgeven. Bij Operatie Goodwood, een
Britse poging om bij Caen aan de oostzijde een doorbreek te forceren verloren de Britten op een dag ruim 200 tanks!
Na Operation Goodwood gaat het toch nog onverwachts snel in Normandië, de Duitsers maken een kostbare
strategische blunder dat hun op het verlies van een heel leger corps komt te staan. We hebben het dan over de
slag bij de Falaise Pocket in midden Normandië. Uit eindelijk trekken de resterende Duitse leger eenheden zich
terug uit Frankrijk, hierbij vinder er regelmatig gevechten plaats met de Britse 11th Armoured Division, o.a.
bij Amiens. Hierbij boekte de divisie aan een stuk door zoveel terrein winst dat dit record pas in 1991 bij de
1st Gulf War werd verbroken.
Via Antwerpen gaat het naar bezet Nederland en in maart 1945 trok men in Duitsland de Rijn over en veroverde de
Duitse stad Lübeck op 2 mei 1945. Op 15 april 1945 werd men geconfronteerd met de wreedheden van de Nazi's toen
men het concentratiekamp Bergen-Belsen bevrijde. Bij aankomst, bevonden zich in het concentratiekamp circa 60000
gevangen onder zeer slechte en onmenselijke omstandigheden. Meer dan 13000 stoffelijke menselijke resten, in
diverse stadia van ontbinding lagen in en om het concentratiekamp.
Eenheden van de divisie waren betrokken bij de hulp aan de gevangenen en het opruimen van de verschrikkelijke
gevolgen.
Na 8 mei 1945, het einde van WW II, tot hun vertrek uit Duitsland in januari 1946, verblijft de divisie als
Britse bezettingsmacht in de provincie Schleswig-Holstein.