De M3 scout car, is een licht bepantserde verkenningswagen en werd ook gebruikt als
staf/commando auto, als ambulance en voor het voorttrekken van artillerie. In
operationeel gebruik werd de scout car veelal ingezet voor verkenning en observatie doeleinden.
De M3 scout car is in 1938 ontwikkeld door de Amerikaanse firma White Motor Company.
De oorspronkelijke eerste order van 64 stuks is geleverd aan de
Amerikaanse 7de Cavalerie Brigade.
Daarop volgend werd besloten tot de aanschaf van de verbeterde M3A1. De
M3A1 heeft een langere en bredere opbouw dan de M3. Voorop de bumper kon
een roller bevestigd worden, zo liep de bumper niet vast in het zand in
heuvelachtig terrein.
De M3A1 bood ruimte voor acht manschappen en bood ondersteunende
vuurkracht middels drie machine geweren, een .50 Caliber (12.7 mm) en
twee .30 Caliber (7.62 mm), bevestigd op een "skate rail" langs de
opbouw. Er bestond de mogelijkheid dat de scout car werd uitgerust
met een radiozendinstallatie van het type SCR506, radio 508, of 510
waarbij de antennebasis wordt geplaatst in het centrum van de achtersectie. De brandstof
tank zit onder de bestuurdersstoel en bij iedere voordeur is ruimte voor
een extra jerrycan. Aan de zijkant van de scout car
bevindt zich bevestigingspunten voor een bijl, een schop, en een
pikhouweel. Onder de zijdeuren is opslagruimte voor munitie, hulpmiddelen, en
reserve onderdelen. De deuren bestaan uit twee helften, waarbij de
bovenste helft middels een scharnier naar beneden geklapt kan worden en voorzien
is van een kijksleuf. Het achtergedeelte van de scout car was van een
stevige pantserplaat zonder deur erin.
De roller aan de voorkant moet voorkomen dat het voertuig in
heuvelachtig terrein vast komt te zitten met zijn neus in het zand.
De M3A1 was in productie vanaf 1941 tot aan 1944 en er zijn 20.918 stuks
M3A1 gebouwd. Het ontwerp was van invloed op de ontwikkeling van de US
M2 en M3 half track. Bij het eerste model van de M2 half track is het
ontwerp van de bepantsering en de bevestiging van het machinegeweer overgenomen.
De eerste inzet tijdens WW II was in 1941-42 op de Filipijnen,
vervolgens in Noord-Afrika en tijdens de invasie op Sicilië.
Een groot aantal van deze voertuigen heeft tot en met 1943 dienst gedaan
bij de Amerikaanse Cavalerie. De eenheden van de cavalerie werden vaak
ondergebracht bij de Armoured Divisions, de pantserdivisies die o.a. met
tanks en half-tracks waren uitgerust. De cavalerie werd dan o.a. ingezet
voor "reconnaiasance", met observatie en toezichthoudende taken. Dus
niet zo zeer voor vooruit geschoven verkenningstaken. Vanaf D-Day word
de scoutcar binnen de Geallieerde legers weer ingezet als vervoermiddel
bij diverse legereenheden.
De M3A1 scout car is door de Verenigde Staten onder het Lend Lease
Program geleverd aan meerdere Geallieerde bondgenoten, waaronder Rusland (3034 stuks), Polen en
Groot-Brittannië.
Foto 1. en 2. Deze M3A1 White 4x4 scout car, is te zien in
het Tank Museum in Bovington (UK). Het voertuig gebouwd in 1942 verkeert in een goede
staat van onderhoud. De restanten van wat eerst een scout car was, zijn door twee Britten in
Frankrijk opgekocht. Vervolgens is het tussen 1981 en 1983 gerestaureerd en in hun bezit
gebleven en getoond op diverse militairia evenementen. Het draagt de markings van het 1st
Polish Armoured Division (= 1-sza Polska Dywizja Pancerna) en de RAC flash was bij hen in
gebruik tijdens de eerste inzet van het Poolse leger in Italië.
Het is op een gegeven moment opgekocht door een verzamelaar en in ruil
voor een ander AFV gegeven aan het Tank Museum.
Het museum heeft het voertuig opnieuw laten restaureren door de twee Britten en het verkeert
nu in een rijdende staat. Het gebruik en inzet van het voertuig tijdens WW II is mij onbekend.
Kleine aanvulling,Groot-Brittannië heeft via een Lend Lease order vele M3A1 scout cars
ontvangen van het Amerikaanse leger. Ook het Belgische leger heeft een aantal exemplaren in
haar bezit gehad, maar of deze rechtstreek door Amerika zijn geleverd of via Groot-Brittannië
is mij niet bekend. Markings op de M3A1 4x4 scout car.
- Vehicle Markings -
Marker:
Omschrijving:
RAC Flash
Rechthoek (rood-wit-rood) Dit teken is tijdelijk in gebruik geweest bij
tanks en voertuigen die toebehoorden aan cavalerie en nauw samenwerkten
met infanterie-eenheden. De kleur rood is afgeleid van de arms of
service van de cavalerie. Het werd toegepast om onderscheid te maken met
de door de vijand onderschepte en gebruikte Britse tanks, het is slechts
tijdelijk in gebruik geweest.
Land Marker:
Cirkel(rood-wit-blauw-geel), ook wel air recognition sign, geeft aan dat
het voertuig onder Britse leger leiding staat. Dit symbool was in
gebruik tot operatie Overlord. Na WW II is het weer in gebruik genomen.
Het Poolse leger dat in Groot-Brittannië verbleef stond onder Britse
leger leiding en werden ook door de Britten bewapend en getraind. Vanaf
D-Day was het toegevoegd aan de Canadese troepen.
Division sign:
Gevleugelde helm op oranje cirkel. Staat voor het 1st Polish Armoured Division,
(= 1-sza Polska Dywizja Pancerna) ,o.l.v. Major-General Stanislaw Maczek.
Unit Serial &
Arm of Service Mark:
53
= rood vierkant: waarbij de kleur rood verwijst naar de type of 'arm': armoured en de service
mark: leger onderdeel. Arm of Service is in dit geval: Polish 24th Lancers
Het legeronderdeel, betreft vaak een regiment, maar kan ook bijvoorbeeld een divisie of squadron zijn.
Meer specifiek de division is opgebouwd uit meerdere regiments:
50 = HQ,
51 = 1st Armoured Regiment en
53 het "3rd Armoured Regiment" bijvoorbeeld van de "Guards Armoured Division".
De Unit Serial 53 kan niet altijd 1 op 1 vertaald worden naar een
unit. Daarvoor moet je weten welke divisie en battalion de tank toe behoorde.
WD Registration:
(Census) F 35384 (wit) Dit is een uniek voertuignummer uitgegeven door het
Britse War Department.
Het nummer is voor logistieke zaken te vergemakkelijken o.a. bij onderhoud in het veld.
(F = categorie armoured & scout cars)
Bridge classification
Cirkel (geel) cijfer vijf (zwart), is de gewichtsklasse aanduiding. Bruggen kregen ook deze classificatie, indien het cijfer van de
bridge classification gelijk of groter dan die van het voertuig was kon de brug het gewicht van het voertuig houden.
Na de Duitse Blitzkrieg in Polen, Nederland, België en Frankrijk
vluchten vele Poolse militairen naar Groot-Brittannië. Ook zijn er een
aantal Poolse militairen uit Noorwegen en Frankrijk naar
Groot-Brittannië gevlucht. In Schotland is hun basis en zij maken dan deel uit
van het Poolse 1st Corps onder leiding van Wladyslaw Sikorski.
Op 17 februari 1942 wordt er een officieel Pools leger gevormd en deze
staat onder de leiding van General Maczek. Dit is het 1st Polish
Armoured Division (= 1-sza Polska Dywizja Pancerna), daarna wordt een
tweede Pools divisie opgericht die later in Noord-Afrika en Italië aan
Britse zijde tegen de Duitsers vecht. Naast deze twee divisies is er ook
een divisie die in de Oekraïne word opgericht en aan de zijde van het
Rode Leger tegen de Duitsers vecht aan het Oostfront. Tijdens D-Day zijn
zij niet van de partij, op 1 augustus 1944 wordt het Poolse 1st Armoured
Divsion ontscheept in Arromanches in Normandië. Zij komen in Normandië
onder het bevel te staan van het Canadese leger en vechten moedig en
zeer succesvol tegen de Duitsers bij Caen (Operation Totalize) en in
augustus 1944 weten zij bij Mont Ormel de Zak van Falaise te sluiten. Na
deze grote Duitse nederlaag is vanaf 25 augustus 1944 de weg vrij voor
de opmars naar België en Nederland. Op 15 september 1944 gaan zijn nabij
Hulst de Belgisch-Nederlandse grens over. Daarbij geven zij
ondersteuning aan het Canadese leger en bevrijden zelf Breda, na een
gedeeltelijke omsingeling, Vervolgens geven zij ondersteuning aan de
door Britten georganiseerde operatie Market Garden. Deze operatie loopt
op een mislukking uit onder anderen doordat de Geallieerde parachutisten
veel te ver, voor de ondersteuning van artillerie en de cavalerie worden
gedropt. Ondanks dat de Poolse parachutisten met zware verliezen een
vrije aftocht voor een aantal ingesloten Britse militairen weten te
bewerkstelligen, krijgen zij van de Britten de schuld van het mislukken
van deze operatie. Een Poolse officier waarschuwde vooraf al voor het
mislukken van deze operatie en moest onder druk van de Britten zijn
functie opgeven. Pas 60 jaar later zijn deze Polen door de Nederlandse
regering in ere hersteld en onderscheiden. Vanaf eind 1944 trekken zij
Duitsland en op 1 mei 1944 geven de daar gelegerde Duitse troepen zich
over in Wilhelmshaven aan het Poolse leger. Vervolgens blijft het Poolse
leger corps in Duitsland tot in 1947, waarna het wordt ontbonden. Op een
enkeling na kunnen de Polen niet veilig terug naar het door het Rode
Leger bezette Polen. Vele gaan terug naar Groot-Brittannië. en België.
Aanvullend deze M16 half-track draagt de leger markings van het Poolse
1st Light AA Regiment (1 Pulk Artylerii Przeciwpancernej) dat onder de
leiding stond van Major Bertold Berendt. Dit regiment was ingedeeld bij
de artillery van het Poolse 1st Armoured Division.