De Amerikaanse M4A3 tank, is standaard uitgerust met een 75 mm kanon en heeft een Ford GAA, V8 benzine motor en
standaard de smalle Bogie tracks. De Britse benaming voor de Amerikaanse medium tank M4A3 is Sherman IV. Zoals
alle voornaamste uitvoeringen van de medium tank M4, kent ook deze M4A3 diverse varianten met een andere
bewapening, andere tracks en andere koepels. De standaard M4A3 met 75 mm kanon is onder te verdelen in early,
middle en late production models. Alle production models hebben een neus c.q. front dat bestaat uit een geheel,
of wel een "one piece nose" welke middels zware bouten aan het chassis vast zit. Andere belangrijke verschillen
tussen de modellen zijn de kijkgaten in de koepel en die voor de bestuurder. Bij de M4A3 late model zitten er
geen kijkgaten (vision slots) in de 'front' of op de koepel. Het bij de 'middle' en de 'late' production models
toegepaste Combination Gun Mount M34A1 is te zien, waarbij het 75 mm kanon en de '.30 cal. MG' in een gepantserde
plaat zitten. Alle middle en late models hebben een steun voor het kanon voorop het front. Zie voor meer
informatie de pagina met een overzicht van alle uitvoeringen van de M4 Sherman tanks.
Via het Lend Lease programma leverden de Verenigde Staten aan diverse Geallieerde landen defensie materiaal. De
medium tanks van het type M4A3 zijn in principe niet geleverd aan de Geallieerde landen, wel geleverd post war
WW II.
Foto 2. Deze overbekende M4A3 is te zien op het Place du Carre in Bastogne. Het plein
is na WW II vernoemd ter ere van de Amerikaanse bevelhebber Mc Auliffe en heet dus nu Mc Auliffe plein. De
tracks zijn van het type chevron en zijn verkeerd om geplaatst, bij de restauratie van de tank in 2007 is deze
fout weer hersteld.
Deze M4A3, welke in gebruik was bij het US 11st Armored Division, 41st Tank Battalion, heeft daadwerkelijk
deelgenomen aan de Slag om de Ardennen. Het is 11km westelijk van Bastogne uitgeschakeld in Renuamont, door de
Duitse Führer Begleit Brigade nadat het vast was komen te zitten. Diverse inslagen, o.a. van een Duitse 75 mm
granaat zijn zichtbaar. Onderaan de pagina staat een link naar een website met het complete aangrijpende verhaal
dat zich op 30 dec 1944 heeft afgespeeld.
(Zie ook de foto's 3 en 4.)
Ook op de achterzijde is nog schade zichtbaar van een Duitse pantzerfaust. De bemanning heeft de Allied White
Star op de geschutskoepel verwijderd.
Bang dat het door de Duitse tanks als aim point gebruikt zou gaan worden.
Na de oorlog is de tank gered van de sloop en als een geschenk geplaatst op het McAuliffe plein in Bastogne. De
markings op de M4A3.
- Vehicle Markings -
Marker:
Omschrijving:
Vehicle name:
"Barracuda" = door de tankbemanning gegeven bijnaam van de
tank of in sommige gevallen hadden alle tanks in een company een benaming die begint met de letter van de
company. De 'B' van "Barracuda" komt over een met 'B' company (Combat Command B) het is dan een
radio call sign.
Unit marking (1st+2nd):
11▲-41▲ = 11nd Armored Division, 41st Tank Battalion,
beter bekend als "Thunderbolt".
Unit marking (3rd):
B-6 = 'B' company, 6th vehicle. (Combat Command B)
Extra Unit signs:
Aan de rechterzijde zijn na de oorlog ook de emblemen aangebracht van het 4th Armored
Division, 705th Tank Destroyer Battalion. Deze heeft ook actief deelgenomen aan de verdediging van Bastogne.
Allied White Star:
De witte 5 puntige ster in een cirkel. Deze marking was tijdens WW
II in gebruik bij alle Geallieerde legers, vanaf de voorbereidingen op D-Day.
Land marker:
De witte 5 puntige ster zonder cirkel. Deze marking is van oorsprong
een 'national identification symbol' voor de voertuigen van de Verenigde Staten van Amerika. Deze is in
gebruik vanaf 1943.
Army registration number:
USA 3081532, ook wel "hood number" genoemd, is een uniek voertuig
nummer uitgegeven door het Amerikaanse Ordnance Department. Het nummer is voor logistieke zaken te
vergemakkelijken o.a. bij onderhoud in het veld.
Foto 3. Linkerzijde, het embleem van de 11st Armored Division en tevens is duidelijk de
inslag te zien welke is veroorzaakt, door een Duitse 75 mm granaat. Op deze foto en op foto 1, zijn beide de
'Duckbills', verbreding voor de trackblokken, voor het verlagen van de track druk op zachte ondergrond goed te
zien. Deze foto dateert van voor de restauratie in 2006.
Foto 4. Op de koepel staat ook nog een Anti-Aircraft .50 machine geweer (Browning,
caliber .50 MG), hiervan ontbreekt de originele gunmount (statief) waarop deze normaal kan ronddraaien boven de
toren. Voor de geïnteresseerden, de huidige toren (koepel) is na 1947 bij de eerste restauratie er op geplaatst.
Zie voor meer informatie de link onderaan de pagina. Deze foto dateert van voor de restauratie in 2006.
Opgericht op 15 augustus 1942 in Camp Polk, Louisiana. De division arriveerde op 5 oktober 1944, in Warminster, Groot-Brittannië.
Op 17 december 1944, 194 dagen na D-Day, is het
verscheept naar Nederland. Op 23 december 1944 doet het zijn
eerste gevecht ervaring op in de omgeving van Bastogne in België,
tijdens de Slag om de Ardennen. In januari 1945 worden de Duitsers terug
gedreven uit België en Luxemburg. Wat volgt zijn de gevechten na de
doorbraak door de Siegfried linie en de gevechten tot aan de Rijn. In
maart 1945 steken de Amerikanen de Rijn over en de divisie trekt op naar
het in centraal Duitsland gelegen THüringer Wald.
In mei 1945 trekken ze razend snel door het zuiden van Duitsland. Op 8
mei 1945 maken ze als eerste divisie van Pattons 3rd Army contact met
het Russische leger. Na de Duitse capitulatie, verbleef het 11st Armored
Division tot 31 augustus 1945 in Duitsland.
Bij terugkomst in Amerika is de divisie ontbonden.
Foto 5. Op deze foto is de M4A3 in Bastogne te zien, zoals die na de renovatie c.q.
opknap beurt er tegenwoordig uitziet, hersteld in de originele staat zoals deze tank er in december 1944 echt
was. Voorzien van de juiste markings en alle machine guns zijn weer aanwezig.